Dertig jaar geleden werd in Rome de christen-democratische partijvoorzitter Aldo Moro door de Brigate Rosse ontvoerd en, na 55 dagen, vermoord. De Italiaanse regisseur Marco Belloccio brengt in Buongiorno, notte (2003) het drama in beeld van Moro en zijn gijzelnemers.
Misschien moet je wel drie decennia geduld hebben om gebeurtenissen als deze, zonder vooringenomenheid te kunnen beoordelen. Intussen is het voor iedereen duidelijk hoe het drama kon gebeuren. Moro's dood kwam iederereen goed uit. Behalve, paradoxaal genoeg, de Brigate Rosse, welke gedurende de volgende jaren haar aanhang zag verdampen.
In de film zegt Moro tegen zijn gijzelnemers: "Jullie zijn eigenlijk ook een soort gelovigen". Dit raakt de kern van het drama. De leden van de Brigate Rosse waren zo fanatiek in hun idealisme, dat zij zowel bereid waren hun eigen leven ervoor te geven, als dat van anderen ervoor te nemen. (Moro vergelijkt dit met het idealisme van de apostelen). Zij beseffen niet, of te laat, dat Moro's dood een 'geschenk uit de hemel' is voor zijn werkelijke politieke tegenstanders. Niemand steekt een vinger uit. Ook niet zijn christelijke partijgenoten. Ook de paus niet.
Foto: Roberto Herlitzka als Aldo Moro in Buongiorno, notte
Geen opmerkingen:
Een reactie posten