donderdag 26 oktober 2006

Stanislas

Het volgende artikel schreef ik samen met Ymkje Repko voor het oktobernummer van Blauwe Kamer, tijdschrift voor landschapsontwikkeling en stedenbouw. Een Engelse versie verscheen gelijktijdig in 'scape magazine.






Stan_13Oogverblindende saaiheid
Wie het gerestaureerde Stanislasplein in Nancy bezoekt, moet zijn zonnebril niet vergeten. De schittering van het bijna witte plaveisel en de kalkstenen gevels is letterlijk oogverblindend. De simpele vorm van het achttiende-eeuwse plein, een van de mooiste in Europa, wordt geaccentueerd door de uniforme bebouwing er omheen. De daklijsten van de omringende gebouwen zijn bekroond met klassieke beelden en attributen. De barokke gevels zijn aaneen geregen door rococo hekwerken. Ook hier blijft de zonnebril nuttig om het in de gouden rocailles weerkaatsende licht te kunnen weerstaan. Een triomfpoort en monumentale fonteinen vervolmaken het geheel. Dit plein voldoet aan de wensen van het grote publiek: dat is de kracht en tegelijk de zwakte ervan. Het is mooi, zeer mooi, maar het is er niet spannender op geworden.



Het Place Stanislas werd in 1755 aangelegd door de architect Emmanuel Héré in opdracht van Stanislas Leszczynski. Deze Poolse ex-koning was door de Franse koning Lodewijk XV aangesteld als hertog van Lotharingen. Stanislas deed de regio groeien en bloeien. Het Stanislasplein, oorspronkelijk ‘Place Royale’, verbond twee bestaande stadsdelen. Een imponerende triomfpoort verschafte toegang tot het plein, waar het hertogelijk paleis met bijgebouwen verrees; Jean Lamour ontwierp de vergulde hekwerken; de Neptunes- en de Amphitritefontein zijn van Barthélemy Guibal. Midden op het plein prijkte een ruiterstandbeeld van de koning. Tijdens de Franse Revolutie werd dit machtssymbool van zijn sokkel getrokken. Aan het begin van de negentiende eeuw plaatste men er een bronzen beeld van Stanislas, als dank voor zijn betekenis voor de regio. De hertogelijke gebouwen dienen nu als stadhuis, theater en museum.



Stan_09
Nancy’s wethouder Stadsontwikkeling, Denis Grandjean, koos voor de weg van de minste weerstand. Grandjean is net als de burgemeester van Nancy (en Jacques Chirac) lid van de ‘Union pour un Mouvement Populaire’. Deze populistische UMP ‘luistert’ naar de wensen van de stadsbewoner. Ongeacht zijn politieke voorkeur is de gemiddelde stadsbewoner conservatief als het om culturele zaken gaat. Niet verwonderlijk dus, dat restauratiearchitect Pierre-Yves Caillault de opdracht kreeg om het project uit te voeren ‘zoals het ooit bedoeld was’. Hij bracht zelfs de houten balken terug, waaraan men vroeger paarden bond. De hekwerken en sculpturen zijn zo goed gereinigd, dat ze spiksplinternieuw lijken. De keien van ruwe Kroatische kalksteen zijn met kit gevoegd tot een waterdicht plaveisel, dat onder een afschot van 5 procent is gelegd. Je moet dus een beetje ‘klimmen’ naar het standbeeld van Stanislas. Toch getuigt het van durf het plein autovrij te maken. De automobilist zal het niet leuk vinden, maar mede hierdoor ontstaat een harmonisch geheel met het belendende Place Carrière. En, inderdaad, Héré heeft dat ooit zo bedoeld.









Geen opmerkingen:

Een reactie posten