Enige tijd geleden stopte ik met de consumptie van anti depressiva-pillen. Dat is te merken. Mijn door deze troep sedert lang vervlakte gevoelsleven geeft weer ruimte aan menschelijke emoties. Verrukte verliefdheid en tranen met tuiten. 't Kan weer! Ook mijn boosheid is terug! Lange tijd liet ik bloedzuigende belastingdienaren en nee-verkopende postkantoormedewerkers gelaten hun gang gaan. Tegenwoordig dien ik ze weer van repliek. Niet dat daardoor mijn belastingschuld daalt, of dat het me nu opeens lukt gewoon één postzegel aan te schaffen. Maar wél ondervind ik het genot, het gezuig en gepruttel op hooghartige hoon te attaqueren. Wie zich verschuilt achter regels, of mij niet als Klant behandelt, mag voortaan weer mijn giftige toorn verwachten! Heerlijk!
Wim de Bie's voordracht In Nederland van Jan Jacob Slauerhoff
In Nederland
In Nederland wil ik niet leven,
Men moet er steeds zijn lusten reven,
Ter wille van de goede buren,
Die gretig door elk gaatje gluren.
'k Ga liever leven in de steppen,
Waar men geen last heeft van zijn naasten:
Om ‘t krijschen van mijn lust zal zich geen reiger reppen,
Geen vos zijn tred verhaasten.
In Nederland wil ik niet sterven,
En in de natte grond bederven
Waarop men nimmer heeft geleefd.
Dan blijf ik liever hunkrend zwerven
En kom terecht bij de nomaden.
Mijn landgenooten smaden mij: ,,Hij is mislukt."
Ja, dat ik hen niet meer kon schaden,
Heeft mij in vrijheid nog te vaak bedrukt.
In Nederland wil ik niet leven,
Men moet er altijd naar iets streven,
Om ‘t welzijn van zijn medemenschen denken.
In het geniep slechts mag men krenken,
Maar niet een facie ranslen dat het knalt,
Alleen omdat die trek mij niet bevalt.
Iemand mishandlen zonder reden
Getuigt van tuchtelooze zeden.
Ik wil niet in die smalle huizen wonen.
Die leelijkheid in steden en in dorpen
Bij duizendtallen heeft geworpen...
Daar loopen allen met een stijve boord
- Uit stijlgevoel niet, om te toonen
Dat men wel weet hoe het behoort -
Des Zondags om elkaar te groeten
De straten door in zwarte stoeten.
In Nederland wil ik niet blijven,
Ik zou dichtgroeien en verstijven.
Het gaat mij daar te kalm, te deftig,
Men spreekt er langzaam, wordt nooit heftig,
En danst nooit op het slappe koord.
Wel worden weerloozen gekweld,
Nooit wordt zoo'n plompe boerenkop gesneld,
En nooit, neen nooit gebeurt een mooie passiemoord.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten