De (eerste) tentoonstelling van Gemak, in het gebouw van de Vrije Academie in Den Haag verdient wat meer aandacht. Ik kom er later op terug.
woensdag 31 oktober 2007
dinsdag 30 oktober 2007
Shoot Me - de locaties
Het Archief, De Boksschool, De Sexbioscoop, De Barthkapel; tot de verbeelding sprekende namen. In Het Archief deelde ik het bed tot tweemaal toe, met mij onbekende dames. In De Sexbioscoop maakte ik geen gebruik van de mogelijkheid om in een klein kamertje solo te genieten van de geboden films, maar vertoefde ik in de 'grote zaal' met ruimte voor zo'n twintig toeschouwers. In De Barthkapel zag ik Dante's Inferno.
Zie meer foto's op Flickr
maandag 29 oktober 2007
Shoot me - Voices of the Abandoned
Ik ben iemand die slechts dom op knoppen drukt (en zodoende nooit de touwtjes in handen krijgt). Daardoor gaat er wel eens iets mis. Dan jaag ik - zonder het te willen - mijn medemens de stuipen op het lijf. Wegens vermeend terrorisme werd ik onlangs op Treviso nog-net-niet in de boeien geslagen. Afgelopen zondag maakte ik de veiligheidsagent van de Nepalese filmregisseuse Lokesh Srestha aan het schrikken. Tja, die vervelende biepjes en bliebjes uit mijn camera roepen bij mezelf ook ergenis op. Maar, ik wist niet hoe ik ze het zwijgen op moest leggen. De agent zag me natuurlijk aan voor een spion van het Nepalese regeringsleger, of een maoïst, en stelde me een paar lastige vragen.
Lokesh Srestha en Seetashma Thapa maakten een film over de doorsnee Nepalees. Deze is afhankelijk van de bescherming van maoïstische rebellen tegen het regeringsleger, of juist andersom. Het ligt er maar net aan welke van de twee 'de touwtjes in handen heeft' in jouw regio. De Nepalezen, die van beide instanties niets moeten hebben, zijn aan de goden overgeleverd. Van die laatste categorie zijn er heel veel in Nepal. Hulpvaardig zijn ze niet.
Boven: Lokesh Srestha beantwoordt vragen uit het publiek
Onder: filmstill
Meer foto's op Flickr
zaterdag 27 oktober 2007
Shoot me - Mardi Gras - made in China
Mardi Gras - made in China gaat over een Chinese kralenkettingfabriek, die haar product afzet in de V.S. Het Mardi Gras-feest is een carnavalsfeest, dat vooral plaatsvindt in steden als New Orleans. In ruil voor de goedkope kralenkettingen laten vrouwen hun borsten zien. De film toont hoe Chinese meisjes zich gedurende veertien uren per dag onder zeer ongezonde omstandigheden drie slagen in de rondte werken tegen een hongerloon. De enige, die de kralen mooi vindt, is de fabrieksdirecteur.
Filmmaker David Redmon toont de Amerikaanse carnavalsgangers zijn filmopnamen van de fabrieksmeisjes; de fabrieksmeisjes krijgen foto's te zien van de Mardi Gras.
Meer foto's op Flickr
Mardi Gras - Made in China website
Shoot me - Beijing Bubbles
Tot mijn genoegen was ik weer even in het zinderende Beijing. De diverse punkgroepjes, die in Beijing Bubbles worden gevolgd, doen sterk denken aan de Westerse underground scene van weleer. Zij leven in de allergoedkoopste appartementen van de stad. In tegenstelling tot de Chinezen, die - sinds dat mag - fortuin willen maken, zoeken deze jongelui de grenzen van wat is toegestaan aan minder kapitalistische vrijheden. 'Muziekmaken, slapen en neuken' zijn daarbij de trefwoorden. Net als in de beeldende kunst, wordt een inhaalslag gemaakt. Het verschil met kunst is, dat er maar weinig belangstelling bestaat voor underground muziek. Sommigen kunnen er een beetje van leven; de meesten leven van de hand in de tand.
De film is van George Lindt en Susanne Messmer, Duitsland 2006. Zie ook de website PunX.nl over de cd, die begin 2008 verschijnt.
Meer foto's op Flickr
vrijdag 26 oktober 2007
Shoot me - Warhol en Dante
Het sympathieke Haagse filmfestival Shoot me, vindt voor de derde maal plaats. Vanavond was er een Warholfeestje. De groep Appie Kim zorgde voor Velvet Undergound-achtige klanken.
In de Barthkapel werd Dante's Inferno vertoond, een animatie van de Amerikaan Sean Merdith. Sommige personages zijn verwisseld voor eigentijdse figuren. (Dante: "Dick Cheney?, I didn't know he was dead already!" Vergilius: "No, he is not dead, but his soul is". Dante: "Dick Cheney has a soul?"
Meer foto's op Flickr
donderdag 25 oktober 2007
Campert's lijkrede
De Dood verrast. In tegenstelling tot de 'heilige drie-eenheid-HRM' (de laatste leeft nog), van wie je kon/kunt verwachten dat zij het tijdelijke met het eeuwige zouden/zullen gaan verwisselen, stierf Jan Wolkers geheel onverwacht. Zijn doodsbericht bracht me gedurende enige dagen in verwarring. Okay, hij had er de leeftijd voor. Maar, ... Jan Wolkers,... die gaat toch niet zomaar dood?
Wolkers, zijn familie, zijn vrienden en bewonderaars hebben bewezen dat je - net als geboren worden (met-blijdschap-geven-wij-kennis) - ook op een plezierige manier kunt sterven.
Voor hen die het gemist hebben, Remco Campert's gedicht:
maandag 22 oktober 2007
Dante in Den Haag
Van 25 t.e.m. 28 oktober vindt in Den Haag het Shoot Me filmfestival plaats. Aanstaande vrijdag wordt onder meer een knip/plak-versie van Dante's Inferno vertoond. Zie website en trailer:
vrijdag 19 oktober 2007
Jan Wolkers 1925-2007
Jan Wolkers, een van de grote helden uit mijn jeugd. Hij inspireerde me tot kijken, béter kijken. En luisteren, naar jazz bijvoorbeeld. Het volgende citaat uit De Junival (1982) gaat niet over Wolker's geliefde, maar over zijn poes Voske die ook van goede muziek hield.
De dag waarop ik vermoedde dat ze dood zou gaan hield ik de bandrecorder met haar lievelingsnummer van Billie Holiday gereed. Back in your own Backyard. Maar toen ze ging sterven en de doodskramp als een golf het leven uit haar perste kon ik het apparaat niet aanzetten omdat ik haar, verstikt door tranen, in mijn armen had.
donderdag 18 oktober 2007
Pierre Cuypers
In de Rotterdamse wijk Het Lage Land zijn de meeste straten vernoemd naar architecten: Berlage, Kromhout, De Klerk, Kramer, Van der Vlugt kom je er tegen. Maar ook klassieken als Jacob van Campen, of Philip Vingboons en de grote Italianen Bramante en Palladio. Cuypers niet. Geen wonder. De wijk kwam tot stand tijdens de jaren zestig. In tegenstelling tot de eerder genoemde architecten zag men Cuypers toen allerminst als vernieuwer. Cuypers was een conservatieve katholiek, verdwaald in de middeleeuwen; iemand, die vooral kerken bouwde en door vriendjespolitiek belangrijke opdrachten vergaarde als het Rijks Museum en het Centraal Station in Amsterdam.
Ook in zijn eigen tijd werd Cuyper's neo-gotiek bespot door de avant garde. En natuurlijk moest ook de hervormde koning Willem III niets hebben van die 'katholieke gebouwen'. Bij de opening van het Rijks Museum weigerde Willem om het lint te komen doorknippen.
Maar, al verkreeg Cuypers zijn opdracht wellicht door friends in high places, toch kon hij niet zomaar zijn gang gaan. De bouwcommissie had duidelijk te kennen gegeven een gebouw te willen met een zeventiende-eeuws uiterlijk. Er zou immers voornamelijk zeventiende-eeuwse schilderkunst in worden ondergebracht. Het is vermakelijk op de tentoonstelling te zien, hoe Cuypers telkens op slinkse wijze probeert de ontwerpen alsnog naar eigen inzicht aan te passen door de strakke zeventiende-eeuwse daken te bestrooien met de golfjes, trapjes en pinakeltjes conform de zestiende-eeuwse Hollandse renaissance.
De laatste jaren is er duidelijk sprake van een herwaardering. Het begint er zelfs op te lijken dat Cuypers als meer innovatief wordt beschouwd dan Berlage. Hmm,... Nu ja, wat in elk geval duidelijk wordt met deze tentoonstelling is dat Cuypers gebruik maakte van de nieuwste bouwtechnieken (zoals gietijzeren constructies). Enigszins onderbelicht, maar wél aanwezig op de tentoonstelling, zijn de stedebouwkundige plannen én de uitvoering daarvan. Daar toont Cuypers zich geen middeleeuwer, maar visionair met oog voor de toenemende urbanisering en de behoeften van moderne stedelingen. Cuypers, Architectuur met een missie vindt plaats in de vestigingen van het Nederlands Architectuurinstituut in Rotterdam en Maastricht tot 6 januari 2008.
dinsdag 16 oktober 2007
Contact met Andy
Van Gene Zijde laat Andy Warhol weten te reïncarneren naar het verleden: het Berlijn van de jaren dertig! Bedoelt hij voor, of na 1933?
maandag 15 oktober 2007
52ste Biennale Venetië - 8, José Luis Guerín
De Catalaanse hoofdstad Barcelona bepaalt al ruim een eeuw - preciezer: vanaf de wereldtentoonstelling in 1888 - de Spaanse innovaties op artistiek-cultureel niveau. Op grote kunsttentoonstellingen zijn Catalaanse kunstenaars relatief meer vertegenwoordigd dan hun collega's uit de rest van Spanje.
De kunstenaar José Luis Guerín is geboren en getogen in Barcelona. In Venetië moet hij het Spaanse paviljoen delen met twee landgenoten. Jammer, je had hem graag de gehele ruimte gegund. Guerín uit zich met fotografie en film. Zijn voorlaatste film En Construcción (2001) gaat over een Barcelonese probleemwijk.
Ik werd getroffen door Guerín's melancholieke werk op de Biennale. Waarom? Misschien 'herken' ik 'zijn vrouwen'? Zijn nieuwste film En la ciudad de Sylvia, gaat over de queeste van een jongeman naar een meisje, dat hij jaren eerder in Strassbourg heeft gekend.
Fragment uit En la ciudad de Sylvia
Weblog Filmbrain over de film (+ commentaar van 8Weekly-recensent George Vermij)
dinsdag 9 oktober 2007
In Memoriam Brel - 2
Nog twee: Les Bigottes en l'Ivrogne. Ik heb ze speciaal op Engelsche ondertiteling uitgezocht, voor degenen onder u die de Fransche taal niet beheerschen.
In Memoriam Brel
'Grootsch en meesleependetet leeven' dát zouden we allemaal wel willen. Jaques Brel leefde nogal intens. Hij rookte daarbij als een schoorsteen, zoop als een tempelier en had diverse maïtresses. Hij is nooit een van de notabelen geworden die hij bezingt en beschimpt in Les Bourgeois. Een uurtje optreden kostte hem volgens eigen zeggen een halve kilo aan lichaamsgewicht. Als je de tv-opnamen uit de jaren zestig terugziet wil je dat wel geloven. Zie en beluister: Le Port d'Amsterdam. Brel zíngt zijn chansons niet, hij 'ácteert' ze. Nog net geen vijftig jaar oud, stierf hij op 9 oktober 1978.
maandag 8 oktober 2007
Un Chien Andalou
Gisteren in Boijmans keek ik naar een korte docu over het surrealisme. Natuurlijk bleef Buñuel's Un Chien Andalou niet onvermeld. En natuurlijk werd de beroemde scène met het doorgesneden meisjesoog getoond. Een van de op expo's altijd aanwezig zijnde moeders-van-iets-in-de-veertig-met- kind-van-drie, pakte haar dreumes op en verdween fluks uit de projectieruimte. Maar, zoals gebruikelijk in docu's krijg je het moment dat het scheermes het oog doorklieft niet te zien. Alleen de film zelf toont het doorsnijden van het oog. Het moet voor de kijkers van bijna tachtig jaar geleden, afschuwelijk zijn geweest.
Intussen is het lijden van de mens niet verminderd. Wel zijn we eraan gewend te kijken naar 'de pijn van anderen'. Omdat we weten dat het maar fake is, kunnen we onberoerd blijven bij de meest verschrikkelijke horrorfilms. Om Buñuel's doorgesneden geitenoog (geit was reeds overleden) moeten we nu glimlachen. In de afgelopen eeuw hebben film, televisie en internet het kijken naar het lijden in versnelde zin draagzamer gemaakt. Maar ook tegen beelden van non-fictieve horror als oorlogen en natuurrampen zijn we meer resistent.
zondag 7 oktober 2007
Vreemde dingen in Boijmans
De entree van de tentoonstelling Vreemde Dingen, Surrealisme en design, schept meteen al hoge verwachtingen. Aan het einde van een soort autowasstraat met rondraaiende borstels van gifgroen kunstgras, wordt je door de knipogende Mae West naar binnen gelonkt. Zij is filmdoek-zwart/wit, behalve haar lippen: die worden gevormd door de beroemde rode sofa van Salvador Dalí.
Aan de hoge verwachtingen wordt ruimschoots voldaan, ondanks het ontwerp van de expo van de Belgische modeontwerpers Van Beirendock en Van Saene. Het idee: enorme uitvergrotingen van delen van etalagefiguren als display's voor de sieraden en kleinere ontwerpen, is op zich niet zo slecht. De vormen zijn echter niet homogeen over de zalen verdeeld. Vooral het torso in de laatste zaal discrepeert. Directeur Sjarel Ex lijkt een zwak te hebben voor Belgische ontwerpers. Ik denk dat conservator Louis Damen ook zonder deze modejongens het karwei had kunnen klaren.
Het draait in deze opstelling om ontwerpen van meubels, sieraden en kleding. Volgens de begeleidende teksten werd tot ergenis van de paus der surrealisten, André Breton, het 'surrealistische gedachtegoed' vercommercialiseerd. Uit de tentoonstelling komt vooral naar voren dat de bekende surrealisten - Dalí, Ernst, Man Ray, Tanguy, Oppenheim etc. - primair voor een nieuwe beeldtaal zorgen. Ontwerpers als Elsa Schiaparelli haken daar weer op in. Wat zo verrassend is, is dat er inderdaad landhuizen (Charles James) en Corbusier-villa's zijn ingericht met dat surrealistische spul.
De oorsprong van de door de surrealisten gebruikte vormentaal ligt veelal in organische vormen. Dat is niet zo bijzonder, want ontwerpers en architecten waren daar al minstens een halve eeuw mee behept. Het is niet verwonderlijk dat de surrealisten bewondering hadden voor mensen als Gaudí of Guimard. In een informatieve film wordt de bezoeker hierop geattendeerd. Wat ontbreekt is dat in ons land Berlage er stevig gebruik van maakte en, vóór hem, Pierre Cuypers natuurlijk. Verder is het vrijwel zeker dat Dalí bepaalde vormen heeft ontleend aan de door hem bewonderde Jheronimus Bosch. Op de site BoschUniverse is dat destijds aangetoond door Chris Will, een conservator die het Boijmans inmiddels heeft verlaten.
De tentoonstelling loopt tot 13 januari.
Beelden, vbnb: Salvador Dalí, Mae West Sofa; Isamu Noguchi, Wolkensofa, Elsa Schiaparelli, Dameshoedje, Salvador Dalí, El Gran Masturbator, / Jheronimus Bosch, Tuin der Lusten (détail linker zijluik)
zaterdag 6 oktober 2007
documenta en Biennale, Eleanor Antin en Neil Hamon
Enkele jaren geleden tijdens een studiereis naar Florence gaf de begeleidende docent ons de opdracht schilderijen in kerken te dateren. We mochten er niet meer dan vijf jaar naast zitten. We waren natuurlijk voor de Renaissance-kunst in Florence. Het was dus voortdurend gokken tussen aanvang 14de - en einde 16de-eeuw. Door stilistische kenmerken kwamen we vaak in de buurt. Een geniepig grapje van onze docent was: wijzen op een 19de-eeuws schilderij. Zeker de helft van ons kwam niet op het idee dat dergelijke schilderijen ook weleens in Florentijnse kerken kunnen hangen.
Zowel op de documenta in Kassel, als op de Biennale van Venetië moest ik hieraan terugdenken toen ik de foto's bekeek van respectievelijk Eleanor Antin en Neil Hamon. Antin maakte rond 1975 foto's van de Krimoorlog (1852-1854). Hamon werd in 1975 geboren. Hij gaat op ongeveer dezelfde wijze te werk als Antin. Je moet goed kijken om anachronismen te ontdekken. Is het de techniek? Zijn de gezichten van mensen uit 1854, 1945, of 1968, anders, dan die van vandaag?
dinsdag 2 oktober 2007
52ste Biennale Venetië - 7, Dan Perjovschi
Dan Perjovschi's cartooneske tekeningen zijn direct herkenbaar en roepen meteen een glimlach op, ook al - zegt hij zelf - is het onderwerp vaak helemaal niet om te lachen. Perjovschi kreeg in het Roemenië van Ceaucescu een klassieke kunstopleiding. Conform het in Roemenië geldende Sovjetmodel werden kinderen al vroeg geselecteerd op hun talenten. Zo ging Perjovschi al op zijn tiende kunstonderwijs volgen.
Toen hij zich na de val van Ceaucescu vrij kon bewegen, liet hij het schilderen van stillevens voor wat 't was en ging hij zich bezighouden met performances. Zijn belangrijkste medium werd en bleef daarbij de tekening. Perjovschi is dit jaar ook in het New Yorkse MoMa te zien. Hij zegt site specific te werken. Dat zal wel, maar toch zie je dubbelingen in zijn 'illustraties'. Enfin het publiek van het MoMa zal niet zoveel verschillen van de Biennalegangers. Perjovschi's werk is soms wat flauw en makkelijk, dan weer heel treffend. Maar, is-ie nou cartoonist of kunstenaar? Toch blijft het knap om met een paar simpele lijnen de essentie van de dingen neer te zetten. Zie twee prachtige filmpjes op Youtube:
maandag 1 oktober 2007
52ste Biennale Venetië - 6, Monika Sosnowska
Een van de meest monumentale werken is het architectonische staketsel van Monika Sosnowska. Het gehele Poolse paviljoen is ermee gevuld, of liever 'geblokkeerd'. Je kunt bukkend voor lage, en stappend over nog lagere, dwarsribben door de constructie lopen. Tegelijkertijd wordt je gefascineerd door het letterlijke beeld en allerlei opkomende associaties, die beide voortdurend variëren.