In september 1976 was de Belgische premier (Tindemans) op staatsbezoek in Beijing. Mao Zedong vroeg hoe het ging met de grote kunstenaar Frans Masereel. De premier liet de tolk antwoorden dat Masereel in goede gezondheid verkeerde. Hij verzon maar wat, wist niet dat Masereel al vier jaar dood was. Zeer kort na het bezoek, op 9 september, verwisselde de Grote Roerganger zelf het tijdelijke met het eeuwige.
De kosmopoliet Masereel heeft - behalve van vakgenoten - nooit veel waardering gekregen in 'Het Vrije Westen'. Hij werd in het Belgische Blankenberghe geboren, groeide op in Gent en is daar uiteindelijk ook begraven. Toch verkeerde hij het leeuwendeel van zijn leven - al dan niet in exile - in Duitsland, Zwitserland of Frankrijk. Zijn kunst was te politiek. Zelf denk ik dat Masereel behoorlijk naief was en zich gemakkelijk voor allerlei politieke karretjes liet spannen. Hij had een onbegrensd vertrouwen in het goede van de mens.
Hoewel hij ook schilderde en ooit enig plastiek heeft vervaardigd, was Frans Masereel in de eerste plaats houtsnijder. Qua inhoud, valt hij op vanwege zijn engagement. Zijn werk toont nadrukkelijk zijn pacifisme en zijn compassie met onderdrukten. Zelf houd ik het meest van zijn verbeelding van het anti-burgelijke leven en het stadsleven. En natuurlijk van zijn vakmanschap. Masereel heeft de houtsnijkunst vernieuwd. Ik kom daar nog wel eens op terug.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten