dinsdag 5 april 2011

Moralisme in tegels

In de achttiende eeuw was het in de Lage Landen armoedig gesteld met de kunsten. Tussen Rembrandt en Van Gogh gaapt een gat. In de 19de eeuw begint de schilderkunst pas weer zo’n beetje bij de conformistische Frans georiĆ«nteerde Scheffer en  IsraĆ«ls, die stevig teruggrijpt op het rembrandteske. In het Rotterdamse Historisch Museum Het Schielandhuis, passeerde ik dit tegeltableau van Jan Aalmis (1714-1799). Het betreft hier 18de-eeuwse toegepaste kunst. Het materiaal kwam voor Aalmis uit zijn directe omgeving. Tegelbakkerijen bevonden zich langs de Schie, tussen Delft en Rotterdam. Als voorbeeld voor zijn tableau gebruikte Aalmis een landelijk tafereel naar schilderijen van de Vlaming David Teniers (1610-1690). De iconografie gaat echter terug  tot in de vijftiende  eeuw. Zo bevat de beroemde Marskramer (ca. 1500) van Jheronimus Bosch veel componenten, die je bij Aalmis ook aantreft.

Het landelijke tafereel  bevat een aantal moralistische verwijzingen. Het gaat over losbandigheid; men drinkt, zingt, speelt en hoereert. Iemand slaapt zijn roes uit. Links slaan twee lieden elkaar op het gelaat. Rechts pist een klant in het hooi. Ver weg, bijna onopvallend, beweegt zich een marskramer over een zandweg.
Bij Bosch is de marskramer prominent in beeld. Sommige kunsthistorici blijven hem zien als ‘de verloren zoon’, het personage uit de nieuw-testamentische gelijkenis. De jongeman die, na allerlei rottigheid te hebben uitgevreten, het rechte pad terugvindt en terugkeert naar huis.

Ik bestudeerde destijds vooral Bosch en zijn tijdgenoten. Dat wierp al meer vragen dan antwoorden op. Hoewel men in de 16de- en 17de eeuw in de vorm nog teruggrijpt naar de Renaissance zal de perceptie ervan, na Reformatie en Verlichting, ongetwijfeld zijn veranderd. Jan Aalmis’ tegeltableau’s waren bedoeld als sierstukken in koopmanshuizen. De moralistische betekenis in dergelijke voorstellingen zal zeker nog zijn herkend. Toch gebruikt Bosch symbolen (een raaf, een gevilde kat, duiven op zolder), waarvan in latere eeuwen de betekenis verloren is gegaan, of discutabel geworden.

woensdag 23 maart 2011

Brassens

De wijze waarop Fransen hun kunstenaars koesteren maakt jaloers. Gelukkig ben ik Europeaan. Brassens is ook van mij. Kijk naar dit filmpje waarin Parijse Metromuzikanten een ode brengen aan de 30 jaar geleden gestorven dichter/zanger.

donderdag 3 februari 2011

Maria

Tussen Bir-Hakeim en Passy (per RATP hoog boven de Seine), moet ik altijd even aan haar denken. (Foto: EP 1973)

vrijdag 28 januari 2011

Vrolijke Voorwerpen

Dit tot presenteerblaadje gestanst kartonnetje doorstaat glansrijk de tand des tijds. Ik vermoed dat het is bedacht in de jaren dertig van de vorige eeuw. De banale functie, ondersteuning van een vette hap (uit zo'n zelfbedieningsluikje), discrepeert met de elegante vorm. Een massaproduct, ja. Maar niet slecht. Of, in dit verband toepasselijker: niet smakeloos. De anonieme ontwerper verdient aandacht in de geschiedenis der toegepaste kunsten. Net als, pakweg, toemaar, Adam van Vianen.